Droomgeheugen trainen en dromen vastleggen

Oefening : Droomgeheugen trainen 1

Deze volgende oefening is een basis-oefening om je te helpen je dromen te gaan onthouden. Wanneer we ons geheugen trainen is het namelijk steeds makkelijk om je te blijven herinneren wat je gedroomd hebt. Het is belangrijk dromen te onthouden als ruimtelijke structuren, zodat onze ruimtelijke droomervaringen het best tot hun recht komen.

De volgende oefening komt uit het boekje ‘Kleine Droomcursus’:

Kijk eens om je heen, waar je je bevindt. Kijk om je heen en weet dat je wakker bent. Realiseer je nu dat je ook denkt dat je wakker bent wanneer je droomt. Weet nu dat je voelt dat je wakker bent en dat dit niet betekent dat je niet droomt. Als je dit in je bewustzijn hebt geroepen, ga er dan vanuit dat je niet droomt. Je bevindt je nu in een droomwereld die je geheel omgeeft, zoals iedere nacht. Het is een wereld die volstrekt authentiek is. Raak de grond maar eens aan: die is stevig. Knijp jezelf in je arm. Hoe voelt dat? Nu begin je te bewegen door de ruimte. Blijf ervan uitgaan dat je in een gewone nachtdroom verkeert, terwijl je ook zeker weet dat je wakker bent. Kijk intensief naar elk object om je heen.Herhaal deze oefening zo vaak mogelijk.

=============================

Oefening 11: Droomgeheugen trainen 2

In navolging op de vorige oefening, krijg je vandaag nogmaals een oefening om je geheugen zo te trainen dat je je dromen kunt gaan onthouden. Voor deze oefening pak je een willekeurig boek uit je boekenkast, een boek wat je goed kent omdat je het misschien vaker hebt gelezen of veel in je buurt hebt liggen. Bekijk het goed en leg het weer terug in je boekenkast.

Nu ga je naar bed en dan begint de volgende oefening:

Je droomt dat je het boek naar keuze uit je boekenkast hebt gepakt. Je neemt het tussen beide handen en bekijkt hoe het er precies uitziet. Dan draai je het boekje heel langzaam een slag om, terwijl je intensief blijft kijken naar dit boek als langzaam wentelend object. Dan sluit je je ogen. Nu kijk je in je herinnering weer naar het boekje als object. Je probeert je voor de geest te halen hoe het draaide en hoe het er van verschillende kanten uitzag. Doe deze oefening met allerlei objecten.

(Overgenomen en enigzins bewerkt uit het boek ‘Kleine droomcursus’, uitgeverij

==================================

 

Oefening : Droomgeheugen trainen 3

 

 

We gaan gewoon weer verder met de oefeningen om het droomgeheugen te trainen. Wanneer je je bezig gaat houden met deze derde oefeningen, vergeet dan niet dat het belangrijk is om ook de eerste twee te blijven herhalen. De oefening:

Je begeeft je naar een ruimte waar je in een straal van enkele meters kunt rondlopen. bijvoorbeeld een kamer waar verscheidene objecten te zien zijn. loop een tijdje door de kamer en prent ieder hoekje en gaatje in je geheugen. dan ga je zitte of liggen en sluit je je ogen. nu haal je ieder detail weer voor de ogen. Hoe vaker je deze oefening doet, hoe makkelijker het gaat. sommige objecten zijn beter te onthouden door ze met de handen te bevoelen of door er aan te ruiken. laat je zintuigen zoveel mogelijk samenwerken bij het inprentingsproces. Zoals de oude oratoren heb je nu een soort geheugenkamer.

==============================

 

Oefening : Dromen vastleggen 1

De afgelopen drie oefeningen waren bedoeld om het droomgeheugen te trainen. De komende oefeningen horen nog steeds bij de droomtraining, maar zijn bedoeld om het vastleggen van dromen te trainen. De eerste oefening in deze reeks:

Voordat je gaat slapen neem je je voor om zo bewust mogelijk wakker te worden. Probeer de overgangstijd tussen slapen en waken werkelijk mee te maken. als je wakker wordt, vóór de wekker afgaat, blijf dan precies in die positie liggen en observeer hoe slapen in waken overgaat. voel je lichaam ontwaken. Waar zitten de spanningen, hoe voelt je hoofd, je adem, enzovoort? Doe dit een week lang elke dag 4n neem je voor beslist geen enkele droom te onthouden. Deze oefening gaat alleen om het waarnemen van het wakker worden.

===============================

Oefening: Dromen vastleggen 2

Als je de voorgaande oefening een week lang hebt uitgevoerd, is het tijd voor de volgende stap in het trainen van het vastleggen van dromen. Voor de volgende oefening heb je een schrift nodig en een pen of potlood.

Leg het schrift en de pen naast je bed en zorg ervoor dat er een zwak licht in je slaapkamer is, dat binnen handbereik staat/ hangt en dat net sterk genoeg is om je handschrift te lezen. Nu ga je de voorgaande oefening (oefening 13 op dit blog) herhalen, terwijl je je er tegelijkertijd van bewust bent dat naast je bed rustig een schrift op je ligt te wachten. Probeer niet bewust je dromen te onthouden. Mocht er toch een doorbreken, schrijf deze dan op.

===============================

Oefening : Dromen vastleggen 3

De volgende oefening helpt je niet alleen om je dromen te registren, maar ook om ze als het ware uit het hoofd te leren, waardoor je je dromen steeds makkelijker zal gaan onthouden. He is echter wel van belang dat je de voorgaande oefeningen ook hebt gedaan, zodat je geen tussenstap hebt gemist.

Terwijl je je wast en ontbijt, prent je je droom goed in je geheugen. als je zin hebt, kun je je droom aan iemand vertellen. Vaak herinner je je dan dingen die voordien buiten beeld waren gebeleven. Door de droom te vertellen, vindt er reeds eens spiegeling plaats zonder dat de ander commentaar hoeft te leveren. Een buiten-oor verandert het perspectief. Je leert de droom uit je hoofd als ware een gedicht. Dan kun je de hele dag teksten maken bij de beelden. Zo houdt je de gehele dag toegang tot je dromen. Iedere keer als je naar de wc gaat of gewoon eventjes alleen bent, ga je heel kort een beeld binnen. Herinner je elk detail. Dan ‘s nachts, voor je gaat slapen, beweeg je je nog een keer door de droom. Selecteer je dromen niet voor je ze opschrijft. De weesrtand doet vaak dromen op het eerste gezicht onooglijk schijnen die na enig werk zeer veel blijkenop te leveren. Sommige mensen schrijven ook die dromen soms niet op, die door anderen (ouders, echtgeno(o)t(e), paranoide ‘anderen’) niet zouden worden gepruimd. deze mensen zijn echter, en gelukkig, niet verantwoorlijk voor jouw dromen, schrijf vooral die dromen wel op! Denk nooit dat je een bepaalde droom altijd wel zult onthouden en hem daarom niet hoeft op te schrijven. Na vijf minuten is deze ‘eeuwige herinnering’ echt verdwenen.

(Overgenomen en enigzins bewerkt uit het boek ‘Kleine droomcursus’, uitgeverij Lemniscaat, ISBN 90 6069 634 4)

Bron:

http://spiritualiteit.blog.nl/rubrieken/oefeningen/